Wat kunnen we leren van Union?

Er zijn veel supporters die net als ik graag af en toe een wedstrijd in een andere competitie bezoeken. Hoog op mijn wensenlijstje stond een bezoek aan traditionsverein Union Berlin. Union Berlin is vanouds de tweede club in de Duitse hoofdstad die stap voor stap de eerste club, Hertha BSC, voorbij is gestreefd. Dat klinkt als een droomscenario voor vele Spartanen. Union Berlin promoveerde vier seizoenen geleden uit de Tweede Bundesliga en speelde dit seizoen in de Champions Leage. Hertha BSC speelt dit seizoen in de Tweede Bundesliga. Union Berlin is een succesverhaal en dat verhaal biedt Sparta inspiratie. De clubs lijken op elkaar: ze hebben een ‘ziel’, zijn sceptisch over modern voetbal en combineren nostalgie met een blik op de toekomst.

Boek ‘Abnormaal gewoon’ van Bas Timmers

Mijn bezoek aan Union Berlin begon met het lezen het boek ‘Abnormaal gewoon’ van de Nederlander Bas Timmers. Hij raakte in Berlijn verzeild, volgt al een jaar of 12 de wedstrijden van Union en schreef er een boek over. Het boek had ook de titel ‘Waarom ik zo van Union Berlin houd’ kunnen hebben. Bas Timmers spreekt met grote liefde en betrokkenheid over zijn club. Vele Spartanen zullen dit gevoel herkennen. Het leven van een supporter gaat veel dieper dan alleen maar ‘toeschouwer zijn’. Het verhaal van Bas Timmers leest als een aanklacht tegen alles wat onder ‘modern voetbal’ is te scharen, zoals iedere vorm van commercialisering en consumentisme rond het voetbal. Een voetbalclub heeft een ziel en die ziel is gevormd door de traditie en door de supporters. Een succesvolle club koestert beiden en natuurlijk moet er geld op de plank maar nooit ten koste van traditie en supporters. Belangrijk voor Union Berlin is het stadion: An der Alten Försterei. Toen Union Berlin zijn Championsleage-wedstrijden in het Olympiastadion moest afwerken staken de supporters hun liefde voor hun stadion niet onder stoelen of banken: ‘Wir brauchen die Försterei wie die Luft zum leben’ op grote spandoeken. Zonder ons eigen stadion gaan we dood. Als Spartanen voelen we dat mee. De hemelpoort heeft verdacht veel weg van Het Kasteel, je moet er niet aan denken om je wedstrijden in de Kuip te spelen. De club en stadion zijn niet los van elkaar te zien. Union Berlin en Sparta Rotterdam hebben veel overeenkomsten.

Geen tickets in de vrije verkoop

Dit zou kunnen resulteren in een oproep tot intensievere samenwerking tussen onze clubs. Of ten minste tot een oproep om eens de trein te pakken en naar Berlijn te reizen. Maar dat is geen optie. Er zijn voor Union geen kaarten te krijgen. Er zijn alleen maar seizoenkaarten en daar is niet aan te komen, laat staan dat er losse kaarten in omloop zijn. Mijn zoon Maurits en ik hadden het geluk om via via via met Bas Timmers in contact kwamen en dat was geweldig want hij regelde via zijn netwerk kaarten voor ons en nam ons de hele dag op sleeptouw, maar normaal gesproken kom je er niet tussen. En dat is ontzettend jammer want het stadion ‘An der Alten Försterei’ bezoeken is een indrukwekkende belevenis. In het stadion is plek voor 22.000 mensen waarvan 18.000 staanplaatsen. Ik ben in mijn leven in tientallen stadions geweest, maar voetbal wordt nergens zo intens beleefd als bij Union. Geweldig om mee te maken. Binnenkort wordt het stadion twee maal zo groot gemaakt. Maar ook in dat nieuwe stadion zal het merendeel van de vakken uit staantribunes bestaan.

Staantribunes

Die staantribunes bij Union Berlin zijn geweldig. Veel mensen dicht op elkaar, zeer sfeervol, met passie en strijd, met ziel en zaligheid. Ik zal er niet voor pleiten om alle stoeltjes uit Het Kasteel te verwijderen, maar het introduceren van staantribunes aan de twee korte zijden zal ons niet alleen meer supporters maar ook meer bezieling opleveren. Bas Timmers verzet zich in zijn liefdesverklaring aan Union Berlin tegen het vernielen van iedere vorm van bezieling in het voetbal. Dat is zo mooi aan Duitse supporters: ze vechten gezamenlijk tegen de aantasting van het voetbal door doorgeslagen commercialisering. Voetbal is van supporters en supporters bewaken de cultuur van de clubs en van het voetbal. Manchester City, RB Leipzig, PSG: het zijn geen dromen maar nachtmerries. Het moet in het voetbal gaan om bezieling en voetbalcultuur. Bij Union Berlin uit die cultuur zich in de vorm van 18.000 staanplaatsen. Bas Timmers beschrijft dit op een indrukwekkende wijze en zo is het ook echt: “Het is voor niet-Duitsers, en zeker voor de generatie die na 1990 is opgegroeid met nieuwe en hypermoderne voetbalarena’s moeilijk te begrijpen wat staanplaatsen zo bijzonder maakt. Daar komen de passie voor het voetbal en de sociale structuren van groepjes fans bij elkaar. Wie staat, zal sneller zingen en springen voor zijn ploeg. Wie een goede plek wil hebben, moet vroeg op de tribunes staan.” We hebben dat meegemaakt. Anderhalf uur voor start van de wedstrijd volle tribunes in een goede sfeer met veel onderlinge gesprekken tussen supporters. Bas Timmers roemt de Duitse clubs die bij die bij de nieuwbouw van hun stadion staanplaatsen in stand hielden om een belangrijke supporterscultuur in leven te houden.

Staanplaatsen op Het Kasteel en de nieuwe KNVB-voorzitter

Een Kasteel met 90% staanplaatsen zoals bij Union Berlin zal niet tot draagvlak leiden onder de supporters maar het ombouwen van twee vakken tot staantribunes zal de sfeer ten goede komen en het is bovendien de meest snelle manier om capaciteit uit te breiden. En dan heb ik het niet over staanplaatsen met van die rails waarin de stoeltjes opgeklapt zitten, maar echte staanplaatsen. Er wordt vaak beweerd dat staanplaatsen om veiligheidsredenen niet meer toegestaan zijn. Kijkend naar de Duitse stadions klopt dat niet. De praktijk in Duitse stadions zou ook voor Nederland mogelijk moeten zijn. Volgens de huidige regels van de KNVB mag dat niet. De handboeken van de KNVB staan in het belang van de veiligheid alleen maar ‘Safe standing tribunes toe. De handboeken geven daar ook een definitie van: “Safe standing is het geplaceerd op vak-, rij- en stoelnummer verkopen/aanbieden van staanplaatsen. Het val- en struikelgevaar is bij een Safe standing tribune weggenomen door de aanwezigheid van doorlopende barriers voor elke rij dan wel rail seats op elke rij”. We kennen deze rail seats. Hoe je het ook wendt of keert: het is echt heel anders dan de staanplaatsen bij Union Berlin. Wat mij betreft is het een kwestie van kiezen. En dat kiezen begint bij de supporters. Als ik zie hoeveel supporters in het hoekvak, in de gracht en op de trappen staan moeten we snel aan het opnieuw invoeren van echte staantribunes beginnen. Goed beleid doet er alles aan om de uitstraling van de club te versterken. Staantribunes dragen hier aan bij. De toekomst van Sparta is niet alleen afhankelijk van de prestaties van het eerste elftal maar juist ook van de prestaties buiten het veld. De aandacht voor veiligheid moet in balans zijn met de aandacht voor voetbalcultuur en voor de plek van supporters in het stadion. In Nederland slaat de balans door naar de focus op veiligheid. Ik wil niet af van veilige stadion maar ik wil ook niet dat er alleen maar door de veiligheidsbril naar supporters wordt gekeken, ten koste van de voetbalcultuur. De nieuwe KNVB-voorzitter zal zich, zeker als deze een carrière heeft gemaakt bij de politie, daar druk om moeten maken. Reglementen zijn niet in beton gegoten en kunnen worden aangepast, zeker voor clubs als Sparta. Het beknotten van staanplaatsen zou voor Sparta en andere clubs die geen veiligheidsprobleem kennen niet moeten gelden. Krachtige steun van supporters vanaf staantribunes hielp traditionsverein Union Berlin vanuit de vierde divisie naar de Champions League. Dat kan Sparta leren van Union Berlin. Er is een weg omhoog!

Leonard Geluk

Abonneer
Abonneren op
80 Reacties
nieuwste
oudste meest gestemd
Inline Feedback
Bekijk alle reacties